Fetisj

Het is nog midden in de middag als ik aan kom rijden bij een B&B op de Veluwe. Het huis staat op een wonderschone plek midden in de bossen en de eigenaresse blijkt heel gastvrij en vriendelijk te zijn. Mijn koffer, de stille getuige van alle avonturen van het afgelopen jaar, parkeer ik behendig in een hoekje van m’n kamer. Mijn koffer en ik hebben een vertrouwensband opgebouwd. Ik kijk heel kort in de grote spiegel en zie een vrij en blij mens.

De schrijfcursus van Rick Evers, die ik hier op de Veluwe ga doen, stond al lang op mijn verlanglijstje. Maar zoals dat gaat in gewone werkweken; dat wat je het liefste doet, belandt gemakkelijk achteraan de prioriteitenlijst, waardoor een cursus als deze meermalen jammerlijk van het lijstje af viel. Nu is het mijn tijd!

Fris en fruitig rijd ik een dag later naar de cursuslocatie. De gastheer is er al en heet ons met een ferme handdruk welkom. Ik neem plaats aan een tafel, kan me niet herinneren hoe lang het geleden is dat ik een cursus of een bijscholing deed op deze klassikale manier. In een klein groepje deelnemers, ieder met een eigen leerdoel en een ander uitgangspunt, worden tips gegeven en voorbeelden aangehaald.

Geheel toevallig is het vandaag ook de verjaardag van mijn vader. Hij is niet meer onder ons, maar zou vandaag 95 zijn geworden. Mijn vader was Koning Taal- en Gedachtenkronkels. Hij straalde wanneer hij stukken uit vakliteratuur voorlas waar in eerste instantie geen touw aan vast te knopen leek, of delen uit de troonrede opdreunde. Hij kende hele stukken poëzie uit zijn hoofd en smulde van ambtelijke taal en moeilijke woorden. Irritant en vermoeiend vond ik het, als kind. Nu ben ik zelf zo en bevind ik me op een cursus waar “normaal schrijven” het uitgangspunt is. Uitdaging.

Wanneer Rick visueel maakt hoe het gesteld is met het (begrijpend) leesniveau van de gemiddelde Nederlander, gaan er bij mij wel wat belletjes rinkelen. Onze teksten sluiten nauwelijks aan bij wat men kan of wil lezen en gaan daardoor voor een groot deel in een noodvaart aan hun doel voorbij. Dat is niet handig. Het kan simpeler, het kan korter, het kan in spreektaal.

Ik hoor mijn vader boven grommen. Ik denk aan de juridische stukken die zoon 1 beroepsmatig redigeert en vraag me af hoe je nu kort en bondig kunt versimpelen en nuances kunt aanbrengen tegelijk. Als Rick het voordoet, ziet het er logisch uit. Maar dan komen de praktische oefeningen en blijk ik er bedroevend weinig van te kunnen. Dat is ook waarom ik aan deze cursus begon, Rick kan iets wat ik niet kan, dus ik kom om te leren. Liefst wil ik dat gisteren al tot in de puntjes beheersen, maar dat is een kansloze missie.

Een dag na de cursus krijg ik een certificaat van actieve deelname in mijn mailbox. Ik vraag me af of er ook een certificaat van passieve deelname is, maar dat doet niet ter zake. Ik print de mijne uit en voeg ‘m toe aan mijn collectie zwem-, veterstrik-, punnik- en gymnastiekdiploma’s. Je weet tenslotte maar nooit.

Het was een mooi lesje hoogdravendheid. Denk je (in mijn geval) al een beetje te kunnen schrijven, volg je een cursus bij Rick Evers. Het leek allemaal zo normaal, in dat gele boekje en op het grote whiteboard, maar het zelf doen bleek toch verrekte lastig. “Je moet veel vlieguren maken”, zegt Rick me aan het einde van de dag: “en niet zo ongeduldig zijn!”. Dat zijn wel héél veel leerdoelen tegelijk, Rick.

Ik heb nu een nieuwe tik. Websites lezen, overheidsbrieven spellen, belastingmededelingen fileren. Kijken hoe het korter, duidelijker, makkelijker kan en daardoor begrijpelijker zou kunnen voor de gemiddelde mens. Er valt nogal wat te verbeteren. Annie M.G .Schmidt had al vroeg begrepen hoe het wél moest.

Net op het moment dat mijn schrijfsels het AVI-1 niveau dreigen te bereiken, krijg ik een mailtje van iemand uit Zuid-Nederland. Hij vindt mijn liefde voor taal en onmogelijke woorden vermakelijk en gebruikt in zijn tekst graag een paar exemplaren waarvan je de rest van de dag de hik krijgt. Het is jammer dat hij mijn snuit niet kan zien bij het lezen ervan: ik geniet net zoveel als mijn vader vroeger deed. Zéker bij het lezen van zijn weergaloze conclusie: “jij lijdt in ieder geval niet aan hippopotomonstrosesquippedaliofobie”*.

Het ultieme woord voor Galgje. Je moet het eens proberen uit te spreken! Sorry Rick, het past niet in jouw visie, maar ik houd er zó van. Mijn dag kan niet meer stuk.

* hippopotomonstrosesquippedaliofobie= angst voor lange woorden

Stef Bos: papa

Maar jouw woorden, ze liggen op mijn lippen
en ik praat nu zoals jij vroeger praatte…….
En jij gelooft in God, dus jij gaat naar de hemel
en ik geloof ik niks, dus we komen elkaar na de dood,
na de dood, nooit meer tegen

Maar papa, ik lijk steeds meer op jou.

Delen op facebook
Delen op twitter
Delen op linkedin

0 reacties

Geef een reactie

Avatar plaatshouder

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Cosy