“Hoe is het nu met je?”, vraag ik vriend A. die al een tijdje in een stevige relatiecrisis zit. Hij neemt een slok van zijn koffie en staart naar buiten. “Mwah, op en af”, antwoordt hij en ik knik. “Misschien moet je je erbij neerleggen dat dit het is?”, vraag ik hem. Hij knikt. “Ja, dat denk ik ook”, antwoordt hij: “maar dat vind ik soms echt heel moeilijk”. Ik luister naar hem en zie hoe hij intussen met zijn vingers heel voorzichtig gaatjes prikt in het smetteloze, poederroze servet. Niet de bruisende liefde of de gezamenlijke interesses, maar vooral de economische en familiaire gevolgen weerhouden hem ervan zijn eigen pad te kiezen. “Waar moet ik gaan wonen? En wat doe ik met de zaak, waar ik me het schompes voor gewerkt heb? Alles moet dan verdeeld worden hè. Dan kan ik opnieuw beginnen met opbouwen”. Ik luister. Ik snap het ook wel. We weten allebei dat gedoogbeleid niet de beste basis is om op verder te borduren, maar ik weet als geen ander dat alleen zijn weer andere uitdagingen kent, die ook niet altijd eenvoudig zijn. “Ik ben moeilijk te temmen hoor”, grijnst hij en zijn gezicht breekt open. Ik knik alleen, nu ik weet hoe hij compenseert. “Er valt natuurlijk wel wat aan te merken op mijn huwelijk en ik mis een aantal essentiële dingen”, vervolgt hij: “maar ik heb wél een relatie”. Er valt een korte stilte, waarin we ieder het onze denken. Voor vriend A. is het hebben van een relatie kennelijk het hoogste doel. Daar vind ik wel iets van, maar dat doet niet ter zake. Het is zijn leven en zijn keuze.
In de avond ontvang ik een appje van vriend B. “Ik zag je niet op Tinder”, schrijft hij. “Dat kan kloppen”, antwoord ik: “want ik ben daar niet op. En trouwens, wat doe jij daar? Of heb ik iets gemist?”. Vriend B. had ineens behoefte om zijn marktwaarde te onderzoeken en maakte een profiel aan. “Wat een trieste zooi daar”, appt hij me even later. “Dat komt omdat mensen zoals jij daar zitten, B.”, antwoord ik hem: “je hebt er niks te zoeken, jij bent helemaal niet beschikbaar. Je zit er stiekem en als er straks iemand op je reageert, dan scheur je met gierende banden weg”. Het blijft even stil aan de andere kant. “Je hebt gelijk”, appt hij; “ik ga er meteen weer af”.
Ik maak, zoals ik dit beloofd had aan vriend M., die zelf bijna Noorderlicht geeft van geluk, een profiel aan op een statische en serieuze datingsite. Wat moet ik schrijven? Het moet een korte tekst zijn en ook maar gewoon zoals het is, met foto’s van nu. Zo goed en zo kwaad als het gaat omschrijf ik mezelf in summiere bewoordingen, biecht ik op dat ik taalvaardigheid woest aantrekkelijk vind en dat ik niet gevoelig ben voor uiterlijk vertoon. “Dat is niet zo slim hoor”, zegt vriend E., die er zelf ook een profiel heeft: “nu gaan alle Quasimodo’s op je reageren”. Dat risico neem ik. Nog dezelfde avond krijg ik een berichtje van ene K. Hij heeft mijn aanwijzing ter harte genomen en stuurt me romantisch bedoelde poëzie in Sinterklaasstijl. In iedere regel zit minimaal één spelfout, waardoor het haast aandoenlijk wordt. Als ik hem de volgende dag wil bedanken voor zijn moeite en zijn rijm, blijkt zijn profiel van de site te zijn gehaald. Dat schiet al lekker op.
“Kijk je Floortje?”, app ik zoon 2 in de avond: “ze is op de Pitcairneilanden”. Het kwijl loopt me uit de mond als ik zie hoe mooi het daar is en wat een zonderling leven de mensen daar leiden. “Bijzonder hè mam”, zegt zoon 2, die zelf net terug is uit Roemenië en die binnenkort weer vertrekt naar Schotland en Amerika. “Mooi leven heeft Floortje, dat zou ik ook wel willen”, app ik hem terug. “Ja ja, zéker met zo’n cameraploeg in je nek, echt iets voor jou”, antwoordt hij meteen. Ik heb een hekel aan beeldmateriaal van mezelf, hij heeft gelijk. Ik glimlach. “Ze doet zelf de regie en de montage, dus dan zou ik alle fragmenten waar mijn dikke kont op staat eruit knippen”, antwoord ik hem. Hij blijft maar héél even stil en reageert dan. “Ehhhh…. mam, dan blijft er per aflevering nog maar zes minuten zendtijd over hè”.
Wel efficiënt. Misschien heb ik aan die zes minuten ook meer dan genoeg. Van veel alleen zijn verstil je en er zijn al zoveel zenders op de wereld. Ik heb inmiddels geleerd om te luisteren zonder zelf de behoefte te voelen om alles met een ander te delen. Grenzeloos sparren kan ik nog maar met een handjevol mensen én op afspraak. Als ik alle geheimen en onorthodoxe avonturen die me in de afgelopen jaren zijn toevertrouwd openbaar zou maken, zou er in mijn omgeving grootscheeps brand woekeren. Als muren oren hadden, zou mijn huis inmiddels ondersteboven staan. De doofpot waarin ik de aan mij toevertrouwde geheimen bewaar lijkt bodemloos te zijn. Daar ga ik iets mee doen.
Ik zoek op internet naar vakanties, naar campers, naar vakantiehuisjes op idyllische plaatsen en naar betaalbare studies. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Ik ben half de vijftig, te oud om nog jaren te treuzelen, te jong om me bij een leven neer te leggen waar ik binnenin steeds zo onrustig van blijf.
Die korte zendtijd is misschien best een goed uitgangspunt. Maximaal twintig procent, zoals ook mijn aandeel is in de gesprekken met mijn vier kinderen. Tien minuten luisteren, twee minuten spiegelen, uiteraard zonder beeldfragmenten. Gelukkig heb ik tóch een dikke kont.
Marillion: waiting to happen
everything I’ve been through
all I’ve seen and heard
Spend so much of my life in the spiritual third world
But you came and brought the rain here
Something waiting to happen, something learning to fly
We can talk without talking, from inside to inside
I have waited to feel this, for the whole of my life
4 reacties
Esther · 27 november 2023 op 22:10
Die grond op Pitcairn is gratis dus vestigen is geen probleem, ik zie perspectieven 😉
Wen. · 28 november 2023 op 06:27
Ik zie het ook 😂
Zoon 2 · 28 november 2023 op 11:22
Ook voor de luttele 6 minuten aan reisafleveringen zou het best lekker rustig zijn als je een paar seizoenen gaat opnemen op de Pitcairneilanden. Ik stem voor!
Wen. · 28 november 2023 op 22:31
Ik schrap je voordien uit mijn testament.
❤️